zaterdag 18 juli 2015

De foto's

Hallo allemaal,

Het deed deugd. Niet alleeen die vakantie was goed. Maar ook de vele positieve reacties op onze blog waren heel leuk. Veel dank voor al die emailtjes.
Via de dagelijkse verslagjes konden jullie een stukje mee beleven en hier en daar stond een foto bij. Er zijn er natuurlijk veel meer kiekjes genomen. Via onderstaande link kunnen jullie nog even nagenieten. Deze winter zal ik dat doen tijdens het maken van een fotoboek.

Groetjes,
Els en Werner.

https://www.dropbox.com/sh/5rjlxbun0nhrbfe/AAAYM2RbDTpqc5IgR4u2lGava?dl=0

zondag 12 juli 2015

Nabeschouwing.

Dat we nu ergens boven Frankrijk vliegen op een hoogte van negen kilometer boven zeeniveau betekent dat de vakantie er op zit. We hebben nog een weekendje te gaan en daarna begint de werkweek terug. Mooie liedjes duren niet lang.
Zo voelt het aan. We hadden al twee keer een fietsreis van 800km gemaakt maar nu hebben we in totaal 1740 kilomter in het zadel gezeten. Dat is toch al wat anders.  Op voorhand wisten we niet of dit haalbaar was. Het was ook een risico om alle overnachtingen vooraf vast te leggen. Wat als we de afstand niet aankonden? Wat als we pech zouden hebben? Anderzijds waren we van mening dat je een zorg minder hebt als je weet dat er op het eind van de dag een bed wacht.
Pech hebben we niet gehad op die ene lekke band na. Die was snel hersteld. Dit is nogmaals een bewijs dat je zo een avontuur best met degelijk en goed onderhouden materiaal aanvangt. Bedankt Koga. De Randonneur is een fantastische fiets.
Onze planning met alle B&B's en hotels bleek een zegen te zijn. Eenmaal konden we zelfs een ander stel fietsers het adres van onze slaapplaats doorgeven. Anders mochten zij onder de sterren slapen. Toegegeven, onze trajecten waren behoorlijk lang. Maar toch hadden we tijd genoeg voor vele culturele bezoekjes onderweg. Want ja,  Frankrijk is op dat vlak een land met een rijke geschiedenis.
Het weer? Dat kies je niet. Wij mogen niet klagen. De regen die we hadden was beperkt tot een dag miezer. De wind zat een paar keer tegen, maar veel reden tot ongenoegen gaf dat niet. Ja, het werd warm. Eenmaal de Vogezen voorbij dachten we niet meer aan regen. Zon, zon, zon was ons gegund. Geen enkele zorg omtrent regenkledij.
In tegenstelling tot vele noorderburen kozen zijn niet voor de tent. Als echte bourgondiers kozen we voor slapen in chambre d'hotes en hotels met iedere avond lekker eten in een restaurant of in de B&B. Het was ook letterlijk lekker meegenomen dat Frankrijk het land van de uitstekende pateserie is. De innerlijke mens kwam niets te kort. Het is weerom bewezen dat een B&B veel leuker is omwille van het menselijker aspect. Je wordt er op een veel persoonlijker manier ontvangen door mensen die dit doen uit overtuiging. Je geniet van lange gesprekken met lokale mensen. Ze vertellen over hun leven en het land waar je door reist. Zo ervaar en beleef je nog meer. Maar kers op de taart was natuurlijk het verblijf bij Lieve en Gerlinde. Hun stekje is echt het paradijs en de menselijke warmte en vreugde die we daar mochten ervaren was het toppunt van deze reis.
Het zit er nu op. We zijn niet echt moe maar zeker heel voldaan. Doen we dit nog? Ja. Waarheer en wanneer? Dat weten we nog niet. Er is nog zoveel te beleven.
Wij hebben ervan genoten. Jullie hopelijk een stukje met ons.
Tot ziens.
Els en Werner.

donderdag 9 juli 2015

Dag 19. De laatste rit. (76km).

Onze laatste rit is boven alle verwachting mooi. Het zonnetje schijnt, maar we hadden niet anders verwacht. De wind laat zich ook van zijn goede kant zien en blaast in onze rug. De eerste kilometers om Figueres te verlaten zijn minder mooi maar eenmaal de drukte van de stad achter ons is, rijden we terug door landelijk gebied. Goudgele graanvelden, boomgaarden met perzikken en nectarinen en zonnebloemvelden zorgen voor kleur. 

We kruisen en volgen een stukje de rivier Ter. In tegenstelling tot wat we in Frankrijk zagen stroomt hier veel water in. Het landschap is glooiend op zijn Toscaans wat wil zeggen dat nogal wat hellingen snedig zijn.  Pittoreske dorpjes volgen mekaar snel op. In één van die dorpjes, Pubol, komen we aan Castell Gala.  Dit is een 11de eeuws kasteel dat Dali kocht voor zijn vrouw Gala. Samen met een horde toeristen gaan we binnenin en in de tuin een kijkje nemen. Dali heeft op de inrichting zijn persoonlijke stempel gezet met veel respect voor het historische aspect van het gebouw. Humor, kitch en middeleeuwen vermengen zich wonderlijk.
Ons wacht daarna nog een keer afzien. 14 kilometer klimmen op het middaguur. Dit wordt onze laatste col voor deze reis. De heuvel is overdekt met een heel mooi bos maar het geeft ons geen schaduw. Het is zweten maar we genieten van de inspanning. De afdaling erna is de beste van al. De bochten liggen direct na mekaar. Links. Rechts. Links. Rechts. Op perfect asfalt. De hete lucht striemt langs de benen. Zaaalig. En plots is daar Cassa-De-La-Selva. Een mooi stadje waar we de fiets voor een laatste keer aan een terrasje parkeren want we hebben dorst. Ons rest nu nog acht kilometer over een drukke weg richting luchthaven. Vlak daarbij laten we onze fiets achter in Hotel Salles. Hij zal hier opgehaald worden door Transport Soetens en bij ons thuis afgeleverd worden. Na een heerlijke douche nemen we de bus naar Girona en vandaar de trein naar Barcelona.
Wij gaan nu twee dagen genieten van een wonderbaarlijke stad. Gaudi, Miro, Mies Van der Rohe, Montserrat... en solden staan op het programma. Alles behalve fietsen.
Vrijdag vliegen we naar huis.

dinsdag 7 juli 2015

Dag 18. De echte rustdag. (55km)

Gisteren waren we allemaal moe van de wandeling. Vandaag verlaten we het kleine paradijs want we hebben een korte rit op het programma staan. Ontbijt wordt geserveerd op het gazon om half acht en alleman is present. Het is onmiddelijk gezelligheid troef.
Ons vertrek verloopt niet zonder gejoel. Gerlinde, Carine en Liesbet doen ons uigeleide met de tractor. Gelukkig woont de dichts bijzijnde buur vergenoeg weg. Ons wacht eerst een klim van een tiental kilometer. Deze brengt ons zo aan de grens met Spanje. Jawel, weer een mijlpaal gehaald op deze tocht. Na meer dan twee weken laten we Frankrijk achter ons. Een heerlijke afdaling, met af en toe een knikje omhoog, brengt ons na 55 kilometer in Figueres. De uitlopers van de Pyreneeën bezorgen ons nog mooie uitzichten.
In Figueres bezoeken we uiteraard het museum van de surrealist Salvador Dali. Mits je open staat voor af en toe vergezochte creativiteit, kijkt naar details en zijn vele referenties naar de problemen van het Spanje uit zijn tijd vind, dan moet je toegeven dat dit een begaafd kunstenaar is.
In deze stad laat Frankrijk ons toch nog even verrast opkijken. Vauban is hier langs geweest. Castell de Sant Ferran is het grootste Vauban complex in de wereld. In tegenstelling tot vele andere forten van Vauban is dit geen versterking rond een stad of dorp. Nee, hier is men op een vrije heuvel beginnen bouwen aan een enorm complex. Het heeft ondertussen een rijke geschiedenis want ook ten tijde van de Spaanse revolutie in 1936 en tijdens het Franco-regime werd het gebruikt.
We zijn in Spanje, dus vandaag staat er paella op het menu. Smakelijk.

Dag 17. God schiep de dag.

En zag dat het goed was.
Het begon voor Els net na het opstaan. Bij haar eerste stappen buiten komt ze aan het zwembad een mannetje tegen. Een ree met groot gewei bekijkt haar en verdwijnt dan rustig tussen de bomen.
Na een vlug ontbijt vertrekken we want Gerlinde heeft een wandeling gepland. Het zal niet zo ver zijn. Al mijn principes over bergwandelen gaan overboord. Met de auto 1000 meter naar boven in plaats van acclimatiseren. Slofjes aan de voeten want de bergschoenen was te veel bagage op de fiets. En een regenjas blijft thuis. Zelfs daar boven wordt het bakken.
De natuur gunt ons vanddaag veel van haar schoonheid. Juli is nog jong. Er staan dus nog vele bloemen in de bergen. Meermaals laat een gems zien hoe vlot en behendig ze zich over het ruwe errein bewegen. We horen de zuiver roep van de raaf en zien hem sierlijk door de lucht zweven. Verschillende groepen paarden lopen vrij te grazen op de berg. Maar het meest onder de indruk zijn we van de vale gier. Zeker dertig zien we er. Alleen al tijdens de pick-nick zweven er negen tegelijkertijd boven ons hoofd.  Gebruikmakend van de termiek komen ze zonder enige moeite uit het dal en zweven zo rustig verder. Sommige komen dicht bij ons voorbij. Impossant.
Stillentjes had Gerlinde gehoopt dat we een topje gingen beklimmen en ja we hebben er allemaal zin in. Enkel Lucas blijft bij de rugzakken. Hij heeft zichzelf sowieso al overtroffen. Het uitzicht daarboven is schitterend. De ene kant zien we de Canigou en de andere kant, in de verte, met sneeuw op het massief ontwaren we de Pic Carlit. Nog een oude bekende voor een aantal van jullie.
Tijdens de afdaling bakt de zon onze rug. Helemaal boven zorgde wind voor wat afkoeling maar iets lager is die luxe weg. We zitten al snel door de watervoorraad. Maar, geen nood. Gerlinde weet een bronnetje zijn. Hm. Lekker fris. Het laatste uur gaat de wandeling gelukkig door bos, beschermd voor de zon.
Na meer dan acht uur wandelen zit de korte wandeling van Gerlinde erop. De sportschoenen van Lucus worden ondertussen met elastiekjes aan mekaar gehouden.
In Prats-del-Mollo, een leuk dorp langs de Tech met een burcht erboven, nemen we plaats op een gezellig terras om de innerlijke mens te versterken. Het is meer dan nodig.
Toch hebben we nog niet alle natuurschoon gehad. Bij het thuiskomen treffen we een everzwijn op de oprit en een ree op het gazon. Een andere ree staat dichtbij in het bos bronstig te roepen.
We sluiten een schitterende dag af onder een indrukwekkende sterrenhemel. Kan een dag met een stel vreugdevolle vrienden mooier zijn?

Dag 16. De Pyreneeën (88km)

Ons verblijf in de chambre d'hotes Demeure St. Vincent in Estagel was als verblijven bij familie. De gastheer en -vrouw serveren het aperitief en schuiven bij aan tafel in de tuin. We zitten onder een meer dan tweehonderd jaar oude plataan. De zijmuur aan de tuin is de oud middeleeuwse vestingsmuur. Het is gezellig wederzijds levensverhalen op rakelen. Het diner wordt aan de andere tuintafel opgediend. We krijgen een heerlijk frisse gazpachio, een fantastische visschotel en zelfgebakken abrikozentaart als toetje. Met al het vertellen is het al snel tien uur. Tijd voor ons bedje.
Het ontbijt is al even heerlijk en gezellig.  Ze vinden het vroege opstaan niet erg want ze rijden vandaag naar familie nabij Parijs. Wij willen de eerste col over zijn voor de hitte toeslaat. Vijf kilometer na het vertrek komen we door het dorp "Latour de France". Onze doortocht van Frankrijk zit er bijna op. Spanje lonkt.
Het gaat nu stevig en lang bergop terwijl we schitterende vergezichten hebben op de Pyreneeën. We draaien vandaag in een wijde boog om de Canigou. We hebben deze 2780m hoge berg al tweemaal beklommen. Eénmaal in de zomer en de volgende keer in de winter. Nu gaan we dat niet doen want met fiets lukt dat niet. Over de eerste col komen we in de vallei van de Têt. Tijdens de afdaling wanen we ons even in Bryce Canion. De rotsformaties zijn gewoon schitterend.  De rivier Têt, sorry voor de naam, komt uit de bergen maar loopt hier in een vlakke vallei. Zoals mevrouw ons zei verlaten we de wijngaarden en komen we tussen abrikozen- en perzikboomgaarden. Dan volgt onze tweede beklimming, Col de Llauro. Deze is nog langer dan de eerste en blijkbaar heel populair bij wielertoeristen. Ze wuiven ons allemaal toe. Je zou wel denken dat de Tour de France hier zal voorbijkomen want het asfalt ligt er als een biljarttafel bij. Beneden komen we in het stadje Céret. Heel mooi en gezellig. Dat vinden de vele toeristen blijkbaar ook. 

Ons resten nog 30 kilometer tot bij St. Laurent de Cerdans via de vallei van de Tech. Eerst gaat het leidelijk omhoog langs een fietspad. Half weg staan we in Arles-sur-Tech en rijden voorbij het hotel waar we 15 jaar geleden de boel op stelten hebben gezet. Jawel, het hotel ziet er nog steeds even gezellig uit. Het terras is druk bezet. 

We verlaten de hoofdweg en draaien op de weg voor de laatste col die ons in Spanje zal leiden. Het gaat heel stevig bergop en het is snikheet. We moeten gelukkig niet tot boven. Dat is voor overmorgen. Na zes kilometer zweten staat het ontvangst committee klaar. Lieve, Gerlinde, Carine, Lucas en Liesbet staan klaar. Er komen toeters, kransen, hoedjes en veel gejoel aan te pas. Zo stormen we de laatste twee kilometer naar boven. Tot in het paradijs.
Het verblijf van Lieve en Gerlinde is gewoon on-ge-loof-lijk. De oude huisjes van een boerderij zijn opgeknapt tot een schitterend vakantieverblijf. Tussen de huisje zorgen verschillende terrasjes en paadjes voor veel gezellige hoekjes. Om ieder hoekje schuilt een verrassing. Het zwembad is heerlijk. Kers op de taart is de omgeving. Rondom zijn de bergen, alles groen met in het westen het massief van de Canigou. In de verste verte is geen huis te zien. Geen enkel geluid van menselijke activiteit. Zouden ze de rijstpap hier met een gouden lepeltje opdienen?

zaterdag 4 juli 2015

Proloog bij dag 16 en 17

Morgen rijden we echt de Pyrineeën in. We gaan in St-Laurent-de-Cerdans logeren bij Lieven en Gerlinde uit Leuven die aan de voet van de bergen hun B&B hebben. Dit dorpje is vlak bij Arles-sur-Tech. Wie er vieftien jaar geleden bij was op de tocht van Andorra naar de Middellandse zee zal zich nog een stoelendans in een hotel herinneren. Vandaag zagen we de Canigou al liggen.
We blijven er twee nachten slapen en er dus van een rustdag genieten. Ik vermoed dat er geen wifi is. Je zal ons dan even moeten missen tot we dinsdag bij Dali zijn langs geweest in Figueres. Jawel, Spanje. We zijn er bijna.

Dag 15. Routes des vins (117km).

Wat we gisteren nog niet vertelden is dat Béziers gesticht is door de Romeinen. Er zijn nog verschillende restanten te zien, onder andere een cauloseum.
Bij het buitenrijden van de stad komen we langs twee wonderen langs het Canal du Midi. De eerste is een brug. Niet zo maar een. Béziers ligt niet alleen langs het Canal maar ook langs de Orb. Beide kruisen mekaar net buiten de stad. De brug is speciaal gebouwd om het kanaal over de rivier te sturen, inclusief jaagpad waar wij met de fiets over rijden. Iets verder is het tweede wonder. Het kanaal moet hier een groot hoogteverschil overwinnen. Dat gebeurt door middel van negen sluizen die aaneensluitend zijn. Echt een unicum. Het moet echter behoorlijk wat tijd vragen om hier je bootje langs te sturen. Het kanaal blijft nog even onze gezel. We passeren nog een heuvel met een opidium erop en vele wijngaarden.
Daarna is het terug klimmen. Een smal weggetje in slechte staat kronkelte zich omhoog en wij volgen gedwee. De natuur is hier al heel anders. De bomen zijn kleine sparren met een ronde kruin en er is weinig ondergroei. Via deze heuvel rijden we de Corbières binnen. Ik kan die naam van een lekkere wijn met hoog alcoholgehalte dankzij de vele zon. We rijden zomaar Chateau St. Esteve voorbij. Nu krijg ik echt zin in een glaasje wijn. Andere ronkende namen zullen nog volgen. 

In het dorp Durban-Corbières is een bank onder een plataan onze picknickplaats. Het is er heerlijk zitten, beschermd voor de zon. In 1999 was dit plaatsje om heel wat anders in het nieuws. Hevige regenval spoelde de camping en een deel van het dorp weg. We kunnen het ons nu moeilijk voorstellen want de rivierbedding staat droog. Iedereen bevestigd ons dat het uitzonderlijk warm is. En er is nog geen eind in zicht.
Na de lunch is het terug klimmen. Tien kilometer lang maar heel geleidelijk. Zweten doen we zeker maar puffen net niet. De heerlijke afdaling erna droogt het zweet weer op. Els heeft er niet genoeg van en wil een ommetje maken langs Tautavel. Dat is echter nog een klim erbij onder de schroeiende zon. We maken dit ommetje niet zonder reden. In een rots boven Tautavel werd in 1971 de oudste Europese Homo Erecticus gevonden. We bezoeken er het ietwat verouderd maar toch interessant museum. We zijn hier niet alleen. Toeristen worden met de bus aangevoerd.
Ah ja. Ondertussen zijn we in een ander wijngebied aangekomen. Rossignol. Mijn camelbak geeft echter alleen water.
Tien kilometer verder ligt onze Chambre D'hotes voor vandaag. Het is een prachtig oud herenhuis dat sinds 2006 door een koppel mooi is gerestaureerd nadat het huis veertig jaar verlaten was. Ze hebben dit met heel veel respect voor de geschiedenis gedaan. De twee prachtige honden weten van geen ophouden. Balletje gooien.

vrijdag 3 juli 2015

Dag 14: Bijna aan zee. (130km)

Half negen en de eerste krekels laten zich horen. Wij zitten dan al bijna twee uur op de fiets zodat we een aantal uren met aanvaardbare temperaturen kunnen rijden.  We krijgen in de ochtend een heel mooi stuk natuur voorgeschoteld. We rijden door een laag maar zeer ruw gebergte. Wit gesteente is getooid met steeneik en doorsneden door rotsige riviertjes. We passeren verschillende bedrijfjes voor cano- en kayakverhuur. Wij moeten dit gebergte over. Dat wil zeggen dat we eerst klimmen. Het eerste laagje kledij moet snel uit. Daarna krijgen we een afdaling om van te snoepen. Een baantje kronkelt dat het een lieve lust is in een schitterend decor. Iets verder komen we aan een bredere rivier, L'Herault. We zullen die in de namiddag nog tegen komen. Hier snijd ze zich af en toe diep in de rotsen.
Tegen de middag komen we aan in Pézenas, een mooi, oud stadje dat ooit tot bloei kwam omdat het speciale rechten kreeg van de koning. De meest bekende burger hier heeft een mooi standbeeld in een parkje. Molière woonde hier enkele jaren, werd er benoemd tot koninklijk toneelspeler en schreef er enkele van zijn toneelstukken. 

Na de middag krijgen we nog een enkel klimmetje maar voor de rest is het vlak rijden door wijngaarden richting kust. Als we dicht bij de kust zijn duikt, jawel, een pretpark op. Wegwezen. De wind blaast stevig uit de verkeerde richting.  Pas wanneer we langs het Canal du Midi richting Béziers rijden krijgen we de wind in de rug. Op het fietspad langs het kanaal rijden vele toeristen aan een slakkegangetje.
Vooraleer we onze B&B gaan zoeken, gaan we toch even kijken in de kathedraal. Langs buiten is hij niet zo speciaal maar binnenin is er een mooi barok decor. De pas gerestaureerde glasramen zijn schitterend. Net als we buiten willen gaan spreekt een man ons aan. Wil je de catacomben zien? Ja, uiteraard. Hij neemt ons mee achter een hek, de kelder in. Plots staan we in een kleine kapel die de oorspronkelijke kerk bleek te zijn. We staan dus even in de Middeleeuwen. Hij neemt ons ook mee in de sacristie. Daar toont hij ons een grote kast die heel breed open draait. Ze ligt vol lithurgische gewaden. Zouden we dan toch op pelgrimstocht zijn zodat we deze privé-rondleiding krijgen?

Na een ijsje en een duik in het zwembad zijn we klaar om een restaurant te gaan zoeken.

Dag 13. Mediteraan. (100km)

Paris s'éveille. Misschien wel maar Les Vans slaapt nog wanneer wij de fiets bestijgen. Het is vijf voor zeven. Wij moeten we wakker zijn want we krijgen direct een stevige helling voor geschotelt. Het dorp ligt al snel aan onze voeten. Achter de pas wacht een schitterend bos en een afdaling langs een mooi, ruw riviertje tot in Gagnières. Daar hebben we afgesproken met Annie, een van de stappers bij de seizoenswandelingen. Ze heeft hier een mooi gelegen vakantiehuis. En wij mogen op de koffie.
Op iedere fietstocht is er een stuk dat je liever niet zou doen. Iets na Gagnières tot voorbij St.-Ambroix rijden we op een heel drukke weg. Lawaai en uitlaatgassen alom. Maar plots draaien we een kleine weggetje in en rijden we mediteraan landbouw gebied in. Allerlei dingen wijzen ons erop dat we in het zuiden zijn beland. Rijkelijk bloeiende oleanders, hier een daar hoge cipressen,  uitgestrekte wijngaarden,  grote zonnebloem velden, geurende lavandel, olijfbomen en garrigue ofte dicht, doornachtig struikgewas wat een goede schuilplaats was voor de Hugenoten. Straks meer daarover. Maar vooral zijn er de krekels. Ik wist niet dat hun gekrijs zo luid en alom tegenwoordig is. 

Omstreeks twee uur, na een laatste hete klim, zijn we aan onze bestemming. St.-Hippolyte du Fort is een uitgeblust stadje met meer gesloten dan open bars. Een ijsje eten op een terras lukt hiet niet. We zijn vroeg en hebben dus tijd om het plaatselijk zijdemuseum te bezoeken. De Cevennes is blijkbaar het centrum in Frankrijk voor de kweek van de zijderups en het spinnen van zijde. Nu weten wij er alles van.
Die Hugenoten. Vanuit Zwitserland zwermden vroege protestanten uit naar het zuiden van Frankrijk en werden al snel notabelen en zakenlieden. Ze kregen er de naam Hugenoten. Ze werden fel bevochten door de katholieken uit het noorden waarbij veel bloed werd vergoten. Het dichte struikgewas was de ideale schuilplaats.

Likoké

Duizend bommen en granaten.
Duizend zonnen en garnalen.
Duizend geuren, kleuren en smaken.

Eten in Likoké is culinair genieten van de bovenste plank. Piet Huysentruyt en ploeg streven naar twee sterren. Hij verdient ze want de één-ster restaurants waar wij al geweest zijn, verbleken bij wat we gisteren mochten ervaren. De hapjes vooraf en iedere gang, zeven in totaal, getuigden van een onuitputtelijke creativiteit. Dat zowel in het combineren van smaken, de manier van berijden en wijze van presenteren. De smaken passen niet alleen bij elkaar, ze versterken elkaar zoals een schilder dat kan met kleuren. Het is teveel om alles op te noemen en te beschrijven. Lees even wat het hoofdgerecht ons bood.

Een lapje gelakte eend, kalfshersentjes en gelakte makreel
Overgoten met een zoet-zuur sausje
Afgewerkt met geraspte eendelever
Vergezeld van alles om wortel: gekookt, rauw, moes, gebrand

Bij het dessert kwam een golfstick aan te pas. Want we kregen een golfballetje in ijs gemaakt op basis van amandelmelk. Uiteraard was daar nog allerlei bij.

Het was om de vingers van af te likken en dat werden we ook gevraagd te doen. Op het eind kregen we beiden een likbordje met erop een sausje op basis van passievrucht. Likken maar, voor de foto.

woensdag 1 juli 2015

Dag 12. Les vents. (66km)

We zitten in de schaduw op een terrasje in Les Vans. Voor de gelegenheid heb ik in de titel de naam aangepast naar "Les Vents", de winden. Wat een geluk dat we ervoor gekozen hebben om het moeilijkste stuk van de dag te overbruggen met een bus. Met deze winden hadden we nooit op tijd aangekomen op de eindbestemming. Om kwart voor acht gaat onze fiets in de bak acherin en een uur later staan we in Langonge. We hebben zo 80km en vele hoogtemeters gewonnen.  We rijden nu eerst over een hoogplateau waar de wind vrij spel heeft. Het is alsof alle Afrikanen tegelijkertijd naar het noorder zitten te blazen. Een hete wind uit het zuiden zorgt ervoor dat we zelfs om bergaf te rijden hard moeten duwen. We doen over 21km een anderhalf uur.
Plots staan we op een keerpunt. Een smal wegje brengt ons in een bos. Iets verder breekt dit open en gaapt een diepe vallei voor ons. Welkom in de Ardèche. De wind blaast hier iets minder en het gaat stevig bergaf. We doen het echter rustig aan zodat we kunnen genieten van de mooie natuur. We rijden langs verschillende stuwmeertjes en talloze piepkleine dorpjes die als arendsnesten op de bergflank verankerd zijn. Picknicken doen we onder kastanjebomen. Dat is hier zowat de nationale vrucht. Iedere bakker heeft wel brood of taart met kastanjes.
In Les Vans nemen we intrek in een oud klooster (toch op bedevaart?) dat nu dienst doet als hotel. De kamertjes zijn klein maar de tuin is heel gezellig. Straks volgt het cullinair hoogtepunt van deze reis. Piet Huysentruyt, onze Vlaamse sterrenchef en TV-kok begon hier in Les Vans een aantal jaren geleden een nieuwe avontuur. Hij opende het restaurant Likoké en behaalde al snel een Michelin-ster. We gaan er onze voetjes onder tafel schuiven.

dinsdag 30 juni 2015

Dag 11. De zwarte madonna. (45km)

Hup. Hup. Hup. Een mama ree en twee kleintjes springen net voor ons de weg over. Sprookjesachtig. We zijn dan een paar kilometer aan het rijden op de D13 die we volgen van in La Chaise-Dieu tot in Le Puy en Velay.  De gids had hier misschien iets creatiever kunnen zijn. Maar het bolt goed en het is mooi. Een dicht bos wisselt af met schitterende vergezichten. Na de klim van gisteren gaat het nu vooral bergaf. Actieve vulkanen zijn er op het franse vasteland niet meer. Die zijn er enkel nog op de Departement d'Outremer zoals op La Reunion. Hier zijn ze er wel geweest en dat heeft het landschap rond Le Puy gevormd. Ooit was hier een meer. Daaronder zijn er vulkaanuitbarstingen geweest die pijpen van lava vormden. Later verdween het meer en erosie deed de kleigrond verdwijnen. De lavazuilen bleven als torens in het landschap achter.
Op een van die rotsen staat Polignac. De naam komt van een adelijke familie die voor de franse geschiedenis heel belangrijk is. Hier op een rots stond hun kaseel waar ze vele eeuwen hebben geleefd. Na de Franse Revolutie hebben ze zich in Le Puy gevestidg en nu wonen ze in Versailles. De ruïnes van de burcht houden ons een uurtje zoet. 

Vijf kilometer verder zijn we in Le Puy. De rots met de abdij en gigantisch mariabeeld en een andere rots met kapel er bovenop torenen boven de stad uit. Je zou zowaar denken dat we bedevaart zijn. Weer een abdij en een kathedraal. Deze zijn echter speciaal. Het is voor Frankrijk een van de belangrijkste vertrekpunten voor een pelgrimage naar Satiago de Compostela. De toegang naar de kathedraal is indrukwekkend. Een straatje met trappen gaat stijl omhoog. In de kathedraal gaan de trappen verder omhoog en brengen ze je zo midden in de kathedraal tot dicht bij de zwarte madonna. We zijn niet practizerend gelovig maar dit wekt toch indruk. Naast een replica van de zwarte madonna, de echte is tijdens de Franse Revolutie verbrand op een plien in de stad, zijn er schitterende kunstwerken te zien. Het gebouw zelf is ook heel mooi geeft ook moorse invloeden.

Naast de kathedraal staat een klooster die in haar eenvoud ook mooi is. Met een combinatie van zandsteen en lavasteen hebben ze mooie contrasten verwerkt in de arcaden en gevels. de klootergang zou een van de mooiste van Frankrijk zijn. Dit klooster heeft in de loop der eeuwen al veel pelgrims gehuisvest. 

Ondanks de hitte beklimmen we de rots met het mariabeeld, ofte Statue Notre Dame de France. Dit is gemaakt met ijzer afkomstig van 213 Russiche kanonnen die buit zijn gemaakt tijdens de slag van Sébastopol.  Het beeld is 23 meter hoog. Je zou zowaar denken dat Gustaf Eifel hier een voorbeeld heeft aan genomen voor het vrijheidsbeeld. Boven heb je een schitterend uitzicht over de stad.

We bestormen ook nog de 80 meter hoge rots met er bovenop de kapel ter ere van St. Michel. Reeds in 950 na Christus bouwden ze deze kapel na een geslaagde pelgrimstocht naar compostella. Je raakt er enkel bij via 268 traptreden. Dat voelen we in onze fietsbenen.

Le Puy zelf is een adembenemend mooi stadje. De meeste huizen dateren van de 15e en 16e eeuw. Het is gezellig kuieren in de smalle straatjes en over de talrijke pleintjes. Ideaal om een ijsje te eten op een terras.
Le Puy en Velay is ook bekend om zijn "Lentilles de Puy", kleine groene linzen. Ik kreeg ze gisteren al bij het hoofdgerecht.
Morgen zegeviert het verstand. Er staat een zware etappe over het Centraal Massief op het programma, maar ook temperaturen van 38° en veel zuidenwind. We overbruggen het zwaarste stuk met de bus om daarna met de fiets af te dalen naar de Ardèche.

maandag 29 juni 2015

de kaap van 1000km.

Vandaag hebben we de kaap van 1000km gerond. Om juist te zijn hebben we al 1061km op de teller. Jullie lezen wel onze verslagen over wat we zien en meemaken maar waarschijnlijk willen jullie ook weten hoe het met ons gaat.

Het zitvlak? Ja dat protesteerd af en toe.

De Spieren? Verrassend goed. Na de eerste drie dagen waren we alle twee moe en deden de spieren rond de knie pijn. Dat kwam door de combinatie van vele heuvels in de Ardennen en de zuidwesterwind met windkracht 5. Het was af en toe beuken. Nu zit de wind al verschillende dagen in ons voordeel en windkracht 2 is maar een zucht. Ondanks de lange tochten is de spierpijn weg.

Blaren op de voeten? Nee, die krijg je alleen van het wandelen.

Vermagerd? Ook niet. Iedere avond een menu en de bakkers hebben te lekkere gebakjes.

Het weer? Op dag drie heel de voormiddag gemiezer. Sinds we uit Nancy weg zijn is de zon van de partij. Vandaag ging dat tot 33°. De komende dagen zou wel eens te heet kunnen worden. Voor morgen is dat geen probleem. We rijden slecht 50km tot Le Puy en Velay. In de namiddag zijn we toerist.

Tot Morgen.


Dag 10. De hemelse stoel. (103km)

Beginnen met een afdaling over een brede weg over goed asfalt. Een uitstekende start van de rit. Het ontbijt was voorwaar nog beter. Heerlijke kersen uit de Ardèche, zelf gemaakte koekjes en confituur, zelf gemaakte musli, lekker brood, en alles bio. De uitbaatster van de chambre d'hotes doet dit overduidelijk met veel overgave.
De eerste kilometers afdaling worden snel gevolgd door een klim, naar ons gevoel te lang op een drukke weg. Wat verder mogen we toch op kleine rustige weggetjes verder. We rijden op en af in een bos. Bij het stijgen kunnen we ons goed verwarmen maar bij de afdalingen is het fris. Als we aan een lange afdaling bezig zijn moeten we toch een warmer truitje aandoen.  
Hier in Frankrijk hebben ze een rare manier om wegen te onderhouden. ze gooien er een laag grind op en wachten dan tot die vast worden gereden door auto's. Voor fietsers is het minder leuk. Bergop zorgt het voor veel weerstand. Bergaf kun je niet doorrijden want je wil heir niet op vallen. 

Voorbij het bos krijgen we een schitterend vergezicht over een lange vallei.  Het is genieten van de snelheid en het uitzicht.
Het leuke aan dit soort reizen in Frankrijk is dat we bij de picknic steeds lekkere, lokale kaas smullen. Tomme, Morbier en Comté . Alles van uitstekende kwaliteit zoals je ze bij ons enkel in een speciaalzaak vind. Voor de lunch zitten we op een pleintje in Amber. Ook hier hebben ze een eigen kaas. Een zacht smakende blauwe kaas. Hm.

Na de lunch is het 21km lichtjes stijgen over echte boerenweggetjes. Draaien en keren en putten en bulten vragen om geconcentreerd te rijden. In Dore-l'Eglisse botsen we op het mooiste romaans kerkje dat we tot nu toe zagen. Het stamt uit de 12e eeuw en er zijn later enkel twee kleine kappelletjes aan toegevoegd. Eenvoud siert. De koelte binnenin is een aangename verpozing want buiten brand de zon. In dit dorpje begint de echte klim naar La Chaise-Dieu. Volgens het boekje twaalf kilometer stevig bergop. In realiteit zijn het er vijftien om meer dan vijfhonderd hoogtemeters te winnen. Els heeft last met de warmte. Het asfalt ook want het plakt aan onze banden.
Het dorp La Chaise-Dieu dankt zijn naam aan de grote abdij. Paus Clement VI was hier broeder voordat hij ging studeren aan de Sorbonne en later paus werd in Avignon. Hij wou hier begraven worden maar niet zonder de abdij behoorlijk uit te breiden. Binnenin zijn nog restanten van mooie muurschilderingen te zien. Vooral "La danse macabre" trekt aandacht. De graftombe van Paus Clement VI staat in het midden van de kerk. De mooiste van de kunstwerken zijn echter niet te zien. Alle wandtapijten worden gerestaureerd en zullen pas binnen twee jaar terug zijn. De foto's zien er veelbelovend uit. Ook de enorme abdij wordt volop gerestaureed. 

Nadat we onze intrek genomen hebben in de B&B hebben we ook restauratiewerk te doen. Onze banden hangen vol asfalt met kiezels erin. Dat moet er spijtig genoeg af.
Wat ons zorgen baart is de weersvoorspelling. Zuid-Oost Frankrijk krijgt de komen dagen een hittegolf met temperaturen boven de 40°. Dat wordt vroeg opstaan en mogelijks ons programma veranderen.

zondag 28 juni 2015

Dag 9. De heuvels in. (132km).

Iedereen in het hotel slaapt nog als wij aan het ontbijt staan. Het is zondag voor iets. Zoals nogal veel Belgen doen op zondag gaan wij fietsen. Vandaag geen wolkje aan de hemel en het zal zo blijven.  Zo een schitterende dag hadden we nog niet op deze reis. We rijden door een lieflijk landschap. Graanvelden zijn hier nauwelijks. We rijden langs weiden die zijn geborduurd met hagen en bomen. In de weiden staan witte koeien ons aan te gapen. Dat blijken Charolais te zijn. Men zegge dat ze uitstekend vlees produceren. We krijgen onze eerste col voorgeschoteld. Col de La Croix, ongeveer driehonderd hoogtemeters klimmen. Eenmaal boven is het... nog verder klimmen. Een rustige weg brengt ons naar de afdaling die ook niet steeds naar beneden gaat. In Charlieu willen we de mooie abdij bezoeken. Spijtig genoeg hanteren ze hier nog een middagsluiting en die begint vijf minuten nadat wij aankomen. Niet dus. Uiteindelijk belanden we aan de oevers van de Loire. Nu is het echt vlak rijden tot Roanne. Een doodse stad waar weinig te beleven valt. Het park doet wel dienst als rustige picknickplaats.
Vanaf hier staat er op het programma van de volgende zevendertig kilometer weinig anders dan te klimmen. Eerst gaat het geleidelijk klimmend uit de stad en langs gehuchten. Vanaf Renaison stijgt het stijgingspercentage en daalt onze snelheid. Een stuwmeer geeft ons even een intermezzo om dan gestaag verder te klimmen.
De zon brand maar gelukkig komen we hogerop in bossen terecht. De schaduw van de bomen zorgt voor de nodige afkoeling. Na twee en een half uur staan we boven. Een glooiend landschap strekt zich ver voor ons uit. We mogen nog zes kilometer dalen, ja recht naar beneden naar St.-Just. Recht naar een terrasje met appeltaart. Na 1448 meter klimmen en 1046 meter dalen is die meer dan verdient, nodig zelfs.
En toch moeten we ons vandaag nog even gewonnen geven. Onze B&B ligt in een straat die zo steil is dat we er beiden al fietsend niet op geraken. Het super vriendelijk ontvangst maakt dat weer goed. Het is de eerste keer dat we getracteerd worden met een lekker aperitief: zelf gemaakte wijn van perzik met hapjes met humus en guacamole.
Morgen staat nog een klimdag op het programma. De laatste klim tot onze bestemming beloofd heel pittig te worden.

zaterdag 27 juni 2015

Dag 8. Rust in Cluny.

In 910 wordt in Cluny een abdij gesticht. Deze groeit heel snel uit tot de grootste westerse kloosterorde: de orde van Cluny. Men bouwt naast het eerste kleine kerkje een grotere. Ook die is al snel te klein en men ziet het dan groots. Op slecht 43 jaar tijd bouwt men hier de grootste kerk uit die tijd. Het schip is 30 meter hoog en 150 meter lang. Het zal tot de bouw van de Sint-Pietersbasiliek in Rome duren eer er een grotere kerk wordt gebouwd. Vanaf de 13e eeuw raakt de abdij in verval omdat de Cistercensiërs de kerkelijke macht overnemen. Het verval van de abdij versnelt in de 16e eeuw door de Godsdienstoorlogen. Met de Franse revolutie is het hek helemaal van de dam. Kloosterlingen vluchten in alle windrichtingen en de gebouwen worden verkocht. De gigantische kerk wordt getransformeerd in een steengroeve. Die stenen dienen voor de bouw van huizen en meer. Wat nu nog rest is mooi gerestaureerd en is het bezoeken waard. 

Napoleon had paarden nodig om oorlog te kunnen voeren.  Verspreid over Frankrijk stichte hij dertig koninklijke paardenfokkerijen. Hier in Cluny, op de grondvesten van de kerk en met de stenen ervan bouwt men er één van.  We krijgen een rondleiding in de stallen waar ze trots zijn op hun volbloed arabische paarden. Ook rassen die voor de oorlogen in trek waren zijn hier nog te bewonderen. Na de rondleiding krijgen we ook nog een korte dressuurdemonstratie. 

De rest van de dag vullen we met kaas kopen op de markt, terrasjes doen, ijsje eten en lekker lui rusten.
Vanaf morgen trekken we de heuvels in, richting Centraal Massief. Het wordt een afwisseling van klimmen en dalen.  Het weer blijft stabiel zomers rond de dertig graden.

vrijdag 26 juni 2015

Dag 7. Cote d'Or et Beaujolais. (148km)

Je leest het goed. Die twee hebben vandaag 148 kilometer gereden en toch nog tijd gehad voor een dosis cultuur. Het was een lange maar gevarieerde en mooie tocht. Om half acht zaten we op de fiets met de zon op ons hoofd. We reden eerst door een bos, op en af, soms snedig. We dachten: "Als dit zo heel de dag door gaat...".  Maar na een uurtje was het min of meer vlak. We weten nu waarom dit gebied Côte D'Or noemt. Gigantische graanvelden kleuren het land goudgeel. Ergens verdwijnt ons Europees belastingsgeld in een bodemloze put en hier komt het terug uit de grond. 
Geleidelijk zien we dat de dorpen minder verlaten en verzorgder zijn. We naderen een rijkere buurt. En ja. Plots staan we voor een wijngaard. Côte de Beaune, Pays du Beaujolais.  We rijden Beaune binnen. Wat een contrast met vorige dagen. De rijkdom straalt hier van alles af. Eerst wippen we even binnen in de kathedraal. Op zich niets speciaal voor Frankrijk, tot je in het koor komt. Er hangen daar in een halfrond schitterende middeleeuwse tapijten. Indrukwekkend. We gaan verder en komen aan het Hospice de Beaune.  Dit is een hospitaal dat gesticht is in de 15e eeuw. Maar het is niet zomaar een ziekenhuis. Het werd gesticht door Nicolas, een plaatselijk adelijke. Hij wou iets nuttig doen met zijn geld. Het hospitaal moest al het beste uit die tijd verenigen en nog beter doen. Het is erin geslaagd tot in de 20ste eeuw dienst te doen. Ondanks het feit dat het gebouw bestemd was voor het gewone volk moest het indruk maken. Dat doet het nu nog. De ziekenzaal is schitterend. De kapel nog mooier. 
Maar het hoogtepunt maakt ieder Belg die iets van kunst afweet trots. Wie een aantal jaar geleden de openingstentoonstelling van museum M in Leuven over Rogier van der Weyden heeft gezien herinnert zich misschien het drieluik dat aan de hand van videoschermen werd geevoceerd. Hier hangt het. In zijn volle glorie. Het is eigenlijk geen drieluik maar bestaat uit dertien panelen. Rogier Van Der Weyden symboliseerd de overgang van de Vlaamse primitieven naar de Renaissanse. Terwijl anderen nog tweedimensionaal schilderden was hij zijn tijd ver vooruit. De details op zijn schilderijen zijn indrukwekkend.
Maar we moeten verder. Het gaat op en af tussen wijngaarden, zo ver we kunnen kijken. Na een hele tijd komen aan een kanaal. Het fietspad is splinternieuw. Dat gaat vooruit. Via een kort intermezzo op gewone wegen komen we op een oude spoorweg terecht. Ook hier is het fietspad in perfecte staat, mooie onderhouden. We volgen het voor veertigkilometer tot Cluny. Onderweg komen we veel meer fietsen tegen dan al de vorige dagen samen. Het is vandaag dan ook schitterend zomers weer.
In Cluny nemen we onze intrek in een oude pottenbakkerij, nu een mooi hotel. Het driegangen menu is een perfecte afsluiter van een mooie, afwisselende dag. 
Ook dit nog. We hebben vandaag een belangrijke mijlpaal gehaald. Er staat 821km op de teller. Het einde van het eerste van de twee boekjes die deze tocht beschrijven. Daar klonken we een glaasje champagne op.
Morgen is het rustdag. We trekken ons terug in het klooster.

donderdag 25 juni 2015

Dag 6. Fietsen op zijn Hollands. (134km).

Gisterenavond wou Els nog wat lezen. Verder dan het gedacht eraan is ze niet gekomen. Wie denkt dat ze stil slaapt heeft het mis. Het ontbijt deze morgen is lekker maar een beetje licht. We zullen wel zien hoe ver we ermee geraken. De eerste kilometers is het nog fris maar een paar heuveltjes warmen ons op. Zo komen we in de vallei van de Saone die we voor de rest van de dag niet meer zullen verlaten. We volgen de rivier meestal via vlakke fietspaden. Verschillende kanaaltjes snijden de bochten van de rivier af. Wij zijn lui en volgen dat voorbeeld. Twee keer verdwijnt het kanaal in een smalle tunnel en moeten wij via een snedige bergop een heuvel over. Toch best impossant werk dat ze hier geleverd hebben.

Net voor de middag halen we twee andere fietstrekkers in. Het zijn Nederlanders die ook op weg naar Barcelona zijn. Maar ze zijn trager. Na een babbel laten we hen dus achter. Veel kunnen we over het landschap niet melden. Het is mooi, groen, rustig met veel vogels langs het water. Een groene specht laat zich twee maal zien en horen. Bezienswaardigheden zijn er niet. Omstreeks twee uur komen we aan in Gray, een iets groter dorp. En kijk, daar zoeven de Nederlanders ons voorbij. Wij, Bourgondiers, zitten dan te genieten van een heerlijk taartje met een saté fruit erbij. Lekker en gezond. Nog geen vijf kilometer buiten het dorp zijn de collega-fietsers er weer aan voor de moeite. Het gaat nog wat op en af langs dorpjes met in één ervan een impossant kasteel. Spijtig genoeg enkel te bezoeken in juli en augustus.
De thermometer in het dorp waar we zullen overnachten geeft 31° aan. Op de fiets valt dat nog best mee maar je krijgt er toch dorst van. Onze B&B is een heel oud maar verzorgt huis net naast de rivier. Het is in de tuin heerlijk om te rusten na deze lange fietsrit.
Morgen rijden we naar Cluny maar niet zonder onderweg Beaune te bezoeken. Nu is het nog wachten op het avondmaal. Grrrr.

woensdag 24 juni 2015

Dag 5. Zalig zomers fietsen. (129km)

Als we opstaan is de hemel al stralend blauw. Het belooft een mooie dag te worden. Dat mag al eens na het grijs van de twee vorige dagen. Het vertrek in Nancy verloopt wat chaotisch in de drukke ochtendspits. Al snel snel belanden we op een fietspad naast een kanaal en keert de rust terug. En rustig is het. Geen zucht wind. Wat een luxe. Van het ene kanaal gaat het naar het andere. Ontelbare sluizen overbruggen een gering hoogte verschil. Tijdens een lang stuk doen we haasje over met de Moezel. Was er gisteren veel nijverheid dan is het vandaag veel mooier en rustiger. Dan plots verlaten we de rivier en rijden via een geleidelijke klim de vallei uit. De omgeving is plots anders. Een mooi lappendeken van graanvelden, weiden, boomgaarden met kersen en bossen golft onder onze wielen door. In het schilderachtige decor van een kleine dorpje met een mooi romaans kerkje is het tijd voor de picknick. 

Op het einde van het bos ligt ons einddoel voor vandaag, een piepklein dorpje met veel meer koeien en schapen dan inwoners. De eigenaar van de chambre d'hotes blijkt een Nederlander te zijn die de drukte van de IT-sector is ontvlucht. Zou de naam er iets mee te maken hebben: Le mouton qui rit?  Hij vertelt ons dat vele huizen hier verkommeren. Eenmaal de bewoners sterven verkrot het huis want de kinderen zijn al lang verhuist naar waar er hopelijk werk is. Het is hier alleszins heerlijk toeven op het terras in de zon. Zo mag het blijven.
De volgende dertig kilometer rijden we langs een mooi, smal kanaal midden in het groen. We vorderen vlotter dan de plezierbootjes want het niveauverschil is deze keer in ons voordeel. De schippers worden opgehouden door ontelbare sluizen. Tien kilometer voor het einde stoppen we bij een blokhut met terras. De uitbater ziet er wat zonderling uit maar de koffie en frisdrank doen toch deugd. De laatste tien kilometer gaan op en af op een verlaten wegje in een bos. Het doet ons denken aan het Bois de Compeigne waar we vorige jaar door reden.

dinsdag 23 juni 2015

Dag 4. Grijs en verguld. (70km)

Een uitgebreid ontbijt en een heerlijke nachtrust geeft ons de kracht voor de volgende tocht. Vandaag is niet zo ver omdat we Nancy willen bezoeken. We vertrekken zoals we gisteren aankwamen, langs het meer van Madine. Het is er nog vredig rustig. In de zomer zal het hier druk zijn. Camping, challets, touwenparcours, manege, haventje, golf,... alles is er voorzien. Verder rijden we weg van het water door een glooiend landschap. Het weerbericht voorspelt pas de eerste opklaringen in de late namiddag maar de eerste zonneprikjes zijn er al. Donkergroene bossen, goudkleurige graanvelden en een dreigende hemel vormen een schilderachtig decor.

Eén helling brengt ons in trapjes in een ander gebied. We dalen aan hoge snelheid af in de vallei van de Moezel. Voor verschillende kilometers is dit niet zo'n mooi traject. We doen een paar keer haasje over met de autoroute naar het zuiden en dorpjes en industrie wisselen elkaar af. Pas de laatste vijftien kilometer komen we op een fietspad langs de Moezel en rijden zo Nancy binnen.
Deze stad kennen we enkel vanop de autosnelweg richting zuiden en associeren dit tot nu toe met grauw en grijs. Groot is onze verrassing als we het Stanislavplein oprijden. Impossante classisitsiche paleizen en fonteinen met vergulde hekken maken dit een plein waar de Parijzenaars jaloers van kunnen zijn. 
Louis XV benoemt zijn schoonvader, koning Stanislas van Polen tot hertog van Lotharingen. Onder zijn bewind wordt de stad uitgebouwd met allerlei paleizen en monumenten. Later, toen de Elzas in handen kwam van Duitsland vestigden vele kunstenaars uit Straatsburg zich in Nancy. Ze stichten de School van Nancy en lieten de Art Nouveau floreren. Er rest hier nog meer van deze stijl dan in Brussel. We vullen heel de namiddag met een stadwandeling langs alle bezienswaardigheden en laten sommige terrasjes niet links liggen. Op één voorwaarde. Ze moeten een warmtestraler hebben want warmer dan 17° wordt het niet.
Morgen begint de zomer.

maandag 22 juni 2015

Dag 3. Vijftig tinten grijs. (120km)

Onze chambre d'hotes ligt drie kilometer buiten Montmédy. De gastvrouw geeft ons naar een pizzeria in het centrum gevoerd waar we een grote pasta hebben verslonden. Daarna zijn we nog te voet de heuvel op geklommen. Honderd meter boven de stad, op een steile heuvel ligt het oude door Vauban versterkte centrum. Er is in totaal zes kilometer vestingsmuur, nog helemaal intact en toegankelijk. We hebben er lustig verstoppertje gespeeld. Zowel de oude als "nieuwe" stad staan vol met grote herenhuizen maar de meeste zien er verloederd uit. Het is duidelijk dat hier veel armoede heerst.
We delen de B&B met twee andere Belgen. Ze zijn ook met de fiets en rijden tot aan de voet van de Pyreneen aan de atlantische kant van Frankrijk. Maar ze spelen vals. Een stevige batterij laat hen de heuvels op opstormen.
Deze nacht heeft het niet geregend. Ze sparen hem voor de dag. Ons ontbijt duurt wat langer doordat we veel ervaringen delen met onze Belgische collega's. Zij rijden vandaag naar de champagnestreek. Wij moeten naar het zuiden. Eerst rijden we door een mooie, groene vallei van dorpje naar dorpje. Twee keer krijgen we een klim te verwerken. Het is rustig fietsen op weggetjes met weinig verkeer. Het regent constant maar nooit hard. Na een tijdje verlaten we dit mooie valleitje en komen in de brede maasvallei. Tegen de middag zijn we in Verdun. Lotharingen is het strijdtoneel geweest van verschillende oorlogen. Vooral tijdens de eerste wereldoorlog is hier hard strijd geleverd. Verdun is een mooi stadje. Er zijn nog drie stadspoorten, verschillende monumenten voor de oorlog, een kathedraal en een gigantische citadel met zeven kilometer gangen, uiteraard van Vauban. 


Na de picknick kunnen we niet weerstaan aan de verlokkingen van een artisanaal bakkertje. Een grote cappucino en een heerlijk taartje geven ons de moed voor de namiddag. Daar kunnen we weinig over schrijven. De regen blijft weg maar een matige zuidwesterwind zit tegen. We rijden bijna veertig kilometer op een departementale, altijd rechtdoor. De enige verstrooiing komt er met een elke band. Die is echter sneller hersteld dan vorig jaar in Parijs. We leren het wel.
Vanaf St.-Mihiel verlaten we de D-weg en de Maas. We rijden nu een lieflijk en rustig dal in, eerst wat op en af om uiteindelijke de heuvelkam over te klimmen. Eenmaal boven ligt voor voor ons Lac Madine. Dit is een groot natuurlijk meer, een uitstekend oord voor veel watervogels. We rijden op een smal, avontuurlijk padje door bos en langs de oevers. Spijtig dat de zon niet schijnt, en toch is het een mooie afsluiter van de rit.
We logeren in het Hotel du Lac Madine. Ondanks het feit dat het maandag is en nog geen schoolvakantie is het hier druk. Het menu is best lekker en meer dan voldoende. Els krijgt zelf haar chocolademousse niet op.
Slaapwel en tot morgen.

zondag 21 juni 2015

Dag 2. Pittig. (99km)

Het gastronomisch etentje gisteren was van de bovenste plank. Ingrid had gelijk als ze zei dat het bij Lemonnier heerlijk is.  Het ontbijt deze morgen mocht er ook zijn. De opgedane krachten zullen we vandaag ook meer dan nodig hebben want er wacht ons een pittge tocht over de Ardennen. Vannacht heeft het terug geregend en donkere wolken dreigen ermee ons nog nat te maken. Tot elf uur blijven we gelukkig droog. De schrijver van ons boekje had gelijk. Het is constant lekker dalen om daarna stevig te klimmen. Onze versnellingen worden op hun degelijkheid getest. En onze benen ook. Wat ons wel opvalt is dat er hier overal  goede asfalt ligt. Dat bolt een stuk vlotter. Verschillende keren rijden we langs of over de Semois. Wie de Ardennen kent weet dat het hier niet plat is. In een bos is het even hobbelen over een grindweg en het begint nu ook stevig te regenen. Gelukkig niet voor lang. Een cafeetje in Herbeumont verschaft ons droog onderdak voor de picknick met een soepje en koffie. Met vernieuwde krachten en de zon op ons hoofd vallen we volgende helling aan, op weg naar Orval. De laatste zes kilometer er naartoe zijn zalig bergaf op een verlaten wegje. Eenmaal aan de abdij is het gedaan met de rust. Horden toeristen willen de abdij bezoeken en hun kratje bier meenemen. Al eeuwen geleden stond hier een abdij die in de 18e eeuw uitgroeide tot een enorm complex tot de Fransen ze tijdens de franse revolutie in 1793 volledig vernielden. Pas in de 20ste eeuw werd er een nieuwe abdij gebouwd. Wij nemen geen bier mee maar wel een kilo kaas.

Iets voorbij Orval duiken we Frankrijk binnnen alhoewel duiken niet het juiste woord is. We worden onmiddelijk met een stevig klim verwelkomt. Wat verder komen we in Avioth. Dit is een klein dorpje met nauwelijks honderd inwoners. Er staat wel een basiliek om u tegen te zeggen. Die honderd inwoners hebben aan de zijbeuk genoeg.
Nog een goede vijf kilometer en we hebben ons doel bereikt. Maar niet zonder eerst nog over een heuvel te moeten. Oef. Het was een zware fietsdag. Morgen staan iets meer kilometers op het programma maar wel vlakker. Nu gaan we eerst nog een pasta eten in en burcht bekijken in Montmedy.

zaterdag 20 juni 2015

Dag 1. Naar Lavaux St.Anne. (128km)


De dag is nog jong als wij ons been over de fiets zwaaien en aan onze tocht beginnen. Het heeft vanacht geregent maar nu doorprikken de eerste zonnestralen de witte wolken. Dankzij de nachtelijke regen zit de lucht nu vol zuurstof. Last van tegenwind hebben we niet want de weinige wind die er is, streelt onze rug. Een leeuwerik wenst ons al kwetterend hoog boven de velden een goede reis.
Vanaf Hoegaarden volgen we een oude spoorbedding tot Namen. Af en toe een loper en een enkele fietser kruisen onze weg maar voor de rest lijkt iedereen nog te slapen. Tot we in Namen aankomen. Daar is het druk in de straten en pleintjes en bij de bakker. De lekkere koeken waren het wachten wel waard. Via de promenade langs de Maas rijden we geheel verkeersvrij en vlak door tot Dinant. Het is middag eer we daar zijn en we nuttigen er onze picknick aan de oevers van de Maas met zicht op de stad en de citadel erboven. 

Iets verder, in Anseremme begint het echte Ardennenwerk. De ene kuitenbijter wisselt de andere af. Gelukkig is het af en toe ook genieten op een breedlopende bergaf. In Celles, een klein maar heel pittoresk dorpje, houden we halt aan een terrasje.
Nog een heuvel verder komen we aan in Lavaux St.Anne. Het is een klein dorpje maar er staat wel een prachtig kasteel. Eerst was dit een versterkte burcht maar in rustiger tijden zijn er verfraaiingen aangebracht. Vanaf 1937 is men het beginnen restaureren waardoor het nu een bezoekje waard is. 

Dit dorp is ons einddoel voor vandaag. Onze eerste fietsdag is goed verlopen, zonder een druppel regen. We gaan ons belonen met een gastronomisch diner hier in het hotel. 

Bierbeek, Hoegaarden, Leffe, Blanche de Namur.... Het is duidelijk dat we in een bierlandje wonen. Morgen zetten we de kroon op het werk voor we ons landje verlaten. Orval rijd je toch niet zomaar voorbij.

vrijdag 19 juni 2015

Nog één keer slapen.

De fiets staat klaar met een nieuwe cassette en ketting, remkabels vervangen en banden keihard opgepompt. Zondag heeft hij nog een vijftig kilometer mogen proefdraaien op Vlaams-Brabantse hobbelwegen. Het was een lekker ijsje op de markt in Hoegaarden.
We zijn ook gepakt en gezakt met elk twee zijzakken en voor die met de sterkste benen ook nog eens een grote zak erboven. Die fiets begint stilaan op een Harley Davidson te lijken. Gelukkig is dat zonder lawaai en stank. 't Is niet eens een e-bike. Zelf trappen is het devies.

Morgen omstreeks half acht zijn we weg. Onze eerste doel is het kasteel in Lavaux St.-Anne. Maar eerst, vanavond gaan we ons culinair laten verwennen bij Daniel, onze buur met B&B schuin tegenover ons. Hij had vroeger op de Grote Markt in Leuven chambre en table d'hôtes Oliveria. Uit nostalgie organiseert hij dit weekend een pop-up restaurant bij hem thuis. We weten al dat hij een uitstekende kok is met Italiaanse voorkeuren. Uitstekend toch om onze vakantie met een aantal buren in te zetten?

maandag 8 juni 2015

Intro

Jawel. Je leest het goed in de titel. We gaan naar Barcelona. Je kan dus stellen dat we naar Spanje gaan. Klopt, maar eigenlijk is dit een reis door Frankrijk  want we rijden met de fiets vanuit Leuven naar Barcelona. Dat is een tocht van 1800km waarbij we op de tweede dag België verlaten en de laatste twee dagen in Spanje de wegen onveilig maken. Daartussen rijden we dwars door Frankrijk. Uiteraard blijven we nog twee dagen hangen in de stand van Gaudi, Picasso en Miro om onze culturele honger te stillen.

We doen ons best om iedere dag ons dagboek bij te werken. Vul rechts je emailadres in en je krijgt een bericht iedere keer dat er een nieuw verslagje staat. Is er in onze overnachtingsplaats geen WiFi dan zul je een dagje moeten wachten.

woensdag 6 mei 2015

De route

Net zoals voor onze fietsreizen naar Bazel en Parijs gebruiken we terug een route beschreven door Paul Benjaminse. We weten ondertussen dat dit garant staat voor een mooi traject langs rustige, dikwijls autovrije wegen. Meer op www.cyclingeurope.nl

De volledige route kun je zien via onderstaande link:
https://www.google.com/maps/d/edit?mid=zmtIrdp17KGM.kSUsNROeBIsQ&usp=sharing
 
Vanuit Leuven rijden we via Hoegaarden (te vroeg voor alcohol), Namen, Dinant en Orval (hm) naar de Franse grens. Via Verdun rijden we naar Nancy voor een bezoek aan het oude centrum (Unesco werelderfgoed). We scheren langs de westflanken van de Vogezen en Jura richting Dijon en Beaune. In Cluny zullen we genieten van onze eerste rustdag.
Voor deel twee opteren we voor de groene variant langs Pouilly, La Chaise-Dieu (zou ons zadel zo aanvoelen) om halt te houden in het uitzonderlijke Le Puy. Dan volgt onze grootste uitdaging. In het Centraal Massief zullen we de grootste hoogteverschillen moeten trotseren om daarna af te dalen naar de Ardeche. In het dorp Les Vans laten we ons goed belonen met een diner in Likoké, het restaurant van Piet Huysentruyt. Daarna gaat het richting de kust. Via het Canal Du Midi bereiken we Bezier. Iets verder, aan de voet van de Pyreneeën volgt onze tweede rustdag.
En dan, eindelijk steken we de grens over, Spanje in. Daar stoppen we uiteraard in Figueres om het Dali-museum te bezoeken. In Girona laten we onze fiest achter (die vindt zijn weg terug naar huis via een busje) en wij nemen de trein naar Barcelona. Die laatste kilometers doen we niet met de fiets omdat er geen aantrekkelijke (lees veilige) route is.
In Barcelona blijven we nog twee dagen nagenieten en uitrusten. Tapas en cava zullen onze tocht  bekronen.
De markt in Lokeren tijdens een driedaagse tocht.